Het door het Nivel georganiseerde congres (#nzr2014) op 18 maart 2014 over bigdata is smullen! Misschien komt het ook door de omgeving (voormalige werkplaats van de Nederlandse Spoorwegen in Amersfoort) dat het allemaal loopt als een trein? Een van de workshops (inderdaad in een treincoupé) laat voor mij fraai zien wat bigdata kan bijdragen. Daartoe hebben Nivel en SKF de handen ineen geslagen. Het Nivel beschikt over gegevens van eerstelijns praktijken die aan de vrijwillige monitoring deelnemen. Daaraan kan het SKF de data van de daarbij betrokken apotheken toevoegen. Big data in optima forma.
Keep the fire burning
Anticonceptie
Diane 35 is al sinds 1988 op de markt. Met de achteruitkijkspiegel blijkt iets opmerkelijks. Na de ophef een jaar geleden (begin 2013) vertoont de uitgifte van Diane 35 (rode lijn op grafiek) een knik naar beneden. Praktisch gelijktijdig is er een stijging van de eerste uitgifte van de tweede generatie anticonceptiepil (blauwe lijn) te zien. Dit ondersteunt de gedachte dat er een correlatie en mogelijk een causaal verband is.
Grafiek Farmacie
Casus Diane 35
Precies een jaar geleden ontstaat ophef over het feit dat Diane 35 geassocieerd wordt met een verhoogde frequentie van trombose/embolie. De insiders weten dat Diane 35 sinds mensenheugenis wordt voorgeschreven voor hardnekkige acne, maar dat de anticonceptie werking ook niet wordt versmaad. Het valt onder de categorie sub-50 pil met een lage dosis oestrogeenhormoon. Zelf heb ik vastgesteld dat het voor sommige ouders destijds prettig was dat zij konden zeggen dat hun dochter een geneesmiddel gebruikte (terwijl ze de anticonceptie effecten toejuichten!). Maar er zijn wel degelijk financiële incentives voor de verzekerde. Andere anticonceptiva moeten immers de laatste jaren zelf worden betaald. Voor (hardnekkige) acne geldt Diane 35 als een verstrekking die wordt vergoed. Door de koppeling te maken met voorgeschreven huidproducten of antibiotica kan de SFK vrij goed nagaan wanneer Diane 35 vermoedelijk al dan niet is geadviseerd in het kader van acne behandeling. Bij nadere analyse kan worden aangetoond dat dit gedrag sterk wisselt per eerstelijkspraktijk.
Liset van Dijk (NIVEL): Verdeling per Eerstelijnspraktijken
5 maart 2014 om 6:21 uur door Jan Taco te Gussinklo
AMR
Anti-Microbial Resistance
Meer dan 90% van de antibiotica buiten het ziekenhuis
Een interessante meeting op een al even interessante locatie. Op 28 februari 2014 rapporteert in het Trippenhuis te Amsterdam een consortium over het Project APRES. Een acroniem voor een hele mondvol. Het is de terugrapportage over een project rond antibioticaresistentie van bacteriën (de eerste lijn) binnen Europa. In het jargon spreekt men trouwens over AMR, ook al een acronym. Het Trippenhuis is de thuisbasis van de KNAW (Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen). Antibioticaresistentie is een uiterst relevant onderwerp. Iedereen schrikt nog op bij de naam Maasstadziekenhuis, dat destijds zeer negatief in het nieuws kwam vanwege een resistente bacterie. Minder bekend is echter dat meer dan 90% van de antibiotica buiten het ziekenhuis worden voorgeschreven. Maar daarover is tot nu toe opmerkelijk weinig onderzocht! APRES heeft daarin verandering gebracht.
François Schellevis (Nivel)
Q-koorts
Peter Groenewegen (directeur van het organiserende NIVEL, het vaderlands onderzoeksbureau voor de eerste lijn) kondigt een reeks voordrachten aan. Philip van Dalen geeft de aftrap namens minister Schipper (VWS). Hij legt meteen de verbinding met de uitbraak van Q koorts, die in ons land een omslag teweeg heeft gebracht. De gevaren van de overdracht van ziektes van dier op mens (zoonose). Hij benoemt 5 aandachtspunten:
Surveillance en research; voorzichtig gebruik van antibiotica; infectie preventie; ontwikkeling nieuwe antibiotica; Internationale inspanning. Dit zijn de aandachtspunten waar het ministerie van VWS op inzet.
Woordvoerder VWS
APRES
Het consortium heeft zich met vier deelopdrachten beziggehouden: literatuur onderzoek (meta-analysis); onderzoek naar resistentiepatronen (Staphylococcus); voorschrijfpatronen (prescription patterns) in de deelnemende landen en het vergelijken van behandelrichtlijnen (guidelines). Het is niet nieuw, maar opvallend zijn steeds weer zeer grote verschillen tussen landen onderling op allerlei onderdelen. Het lijdt geen twijfel dat er ook een après is na APRES.
24 januari 2014 om 7:11 uur door Jan Taco te Gussinklo
Nivel Voorbarig
Nu een daling
Nog steeds geen griepepidemie
Er is op 23 januari 2014 nog steeds geen griepepidemie in Nederland en België Dat blijkt uit de meest recente cijfers van www.degrotegriepmeting.nl: een internetmeting naar griep en verkoudheid waaraan 16.000 vrijwilligers in Nederland en België meedoen. Ook in de ons omringende landen is er nog geen sprake van epidemische griep. De wintergriep wordt door diverse instanties nauwgezet in de gaten gehouden. Via vrijwilligers in Europese landen worden de gegevens van dag tot dag bijgehouden op www.influenzanet.eu. Via peilstations van huisartspraktijken in Europese landen (in Nederland gecoördineerd door het Nivel en in België door het WIV/ISP) worden de griepgegevens wekelijks gepubliceerd op www.euroflu.org.
Europa
Grieppatient naar Huisarts?
“Het aantal griepachtige ziektebeelden schurkt weliswaar tegen de drempelwaarde aan, maar tot op de dag van vandaag zien wij nog steeds geen epidemie,” stelt Carl Koppeschaar van de Grote Griepmeting en Influenzanet. In de maand januari hanteren we in Nederland een drempelwaarde van 330 ziektebeelden per 100.000 personen. Doorgaans zijn dat gevallen van RSV bij jonge kinderen en gevallen van (zware) verkoudheid. Stijgt dit aantal griepachtigen tot boven de 450 per 100.000 deelnemers, dan wordt bij ons de epidemische grens overschreden. Twee achtereenvolgende weken boven dit aantal en we spreken van een epidemie.” Vorige week maakten de Nederlandse media uit cijfers van het Nivel op dat er sprake was van een ‘bijna-epidemie’. “In Nederland gaat slechts 25% van de patiënten met een griepachtig ziektebeeld naar de huisarts,”vervolgt Koppeschaar. “Dat zijn meestal ouders met zeer jonge kinderen. Zij maken zich zorgen over de hoge koorts en luchtwegaandoeningen bij hun kind. Verder zien de huisartsen veel riscicogroepen, waaronder 65-plussers. De Grote Griepmeting krijgt minder rapportages van zeer jonge kinderen. Maar wij zien wel de rest van de bevolking, waaronder ook risiccogroepen en 65-plussers. Volgens de gegevens van de Grote Griepmeting is er bij hen nog geen sprake van epidemische griep.”
Data (21 januari 2014)
Europees perspectief
Het bericht in de media van vorige week over een ‘bijna-griep’ was erg voorbarig. De nieuwe weekcijfers van het Nivel laten voor Nederland nu een daling van het aantal griepachtige ziektebeelden zien. Het WIV/ISP in België ziet ook nog geen tekenen van een epidemie. In Europa heeft de griep inmiddels de kop opgestoken in Portugal, Spanje en Italië. Omdat griep vaak van west naar oost en van zuid naar noord door Europa trekt, valt te verwachten dat binnen niet al te lange tijd de griepgolf ook België en Nederland bereikt.
NB
De Grote Griepmeting is één van de onderzoeksprojecten van Science in Action (www.science-in-action.nl), online platform voor publieksonderzoek. Doe ook mee aan de Grote Longontstekingmeting (www.degrotelongontstekingmeting.nl).
9 september 2013 om 15:55 uur door Jan Taco te Gussinklo
“Operatie gelukt..
..patient overleden”
Kunnen we een positiever scenario oproepen?
Zijn we toch in de Valley of Death beland? De omgeving waarin de mogelijkheden rap teruglopen. Het is naar mijn smaak nog niet zover. Denk even mee. Er is een dienst ontwikkeld, waarmee patiënten eraan herinnerd worden dat ze hun medicijnen vergeten zijn (=compliance) . Zie illustratie (krantenbericht). De dienst bestaat uit een sensor (openmaken pillendoos), die in verbinding staat met een datacenter. Er wordt pas automatisch actie ondernomen (feedback gegeven) als niet binnen een afgesproken tijd venster de sensor wordt geactiveerd. Dus als je volgens schema medicijnen inneemt gebeurt er niets. Vergeet je dat echter, dan komt er een SMS (reminder). In Nederland is inmiddels op beperkte schaal ervaring opgedaan bij meerdere chronische aandoeningen (Simpill). Therapietrouw (compliance, adherence) hangt natuurlijk van heel veel factoren af. Voldoende motivatie, gebaseerd op instructie en inzicht staat bovenaan. Maar zelfs dan blijkt in onderzoekingen de therapietrouw ver onder de maat te zijn. Door de inzet van genoemde dienst kan een 15-20% verbetering worden bewerkstelligd. Natuurlijk is dit niet voor iedereen geschikt of noodzakelijk. Maar zeker als de behandelend arts belangstelling toont kan het een waardevolle aanvulling zijn. Value for money.
Krantenbericht NRC (2010)
Substitutie
Verzekeraars schermen met de term substitutie. Dat betekent zoveel als dat de innovatie andere zorgvormen doet afnemen of zelfs geheel verdwijnen (obsoleet maakt). Het kan in ons voorbeeld zijn dat de specialist voortaan de patiënt minder hoeft terug te zien op de polikliniek. Het kan ook zijn dat een voorgenomen ophogen van de medicatie (of zelfs overstappen naar een ander medicament) niet nodig is. Ook kunnen laboratorium- en klinische parameters verbetering tonen. Dit is haalbaar als (bijvoorbeeld op recept) een dergelijke dienstverlening wordt voorgeschreven door de behandelaar. Het aardige is dat hier ook sprake is van co-creatie. Het resultaat is het gevolg van de samenwerking tussen de patiënt en de behandelaar (arts en of para- medicus). Het kan een bijdrage vormen tot empowerment. Het kan ook de aanzet zijn tot eHealth, bijvoorbeeld door de koppeling aan een persoonlijke Internetpagina. Hoe zit het met de bewijslast?
Impressie Ruben Gringhuis
Randomised Clinical Trial
We zullen inderdaad de RCT (Randomised Clinical Trial) moeten laten voor wat het is en meer op zoek gaan naar maatwerk en subgroepen. Het blijkt nu al dat pubers vaak zeer goed geholpen zijn met deze aanpak. Maar nu terug naar de titel. Kunnen we uit de impasse komen? Ik denk het wel. Een paar suggesties: landelijke aanpak, intake (selectief), voorschrijven op recept voor een beperkte periode (met mogelijkheid tot herhaling), beperkt aantal indicatiestellingen en data-analyse. Misschien ook incentives bedenken. Een modus voor de financiering van de dienst: het is immers noch een medicament noch een hulpmiddel (volgens de definities).
15 juni 2013 om 6:34 uur door Jan Taco te Gussinklo
Therapietrouw
Tailored Communication
Dissertatie 14 juni 2013, Annemiek Linn, UvA,
Annemiek Linn krijgt tijdens en na de verdediging van haar proefschrift van alle kanten lof toegezwaaid. Zoals co-promotor van Weert uitlegt in haar laudatio (lofrede) is Annemiek Linn er in geslaagd zowel opzet als uitvoering van het onderzoek met succes te voltooien. Geen geringe opgave om verpleegkundigen, maar ook ziekenhuiscommissies mee te krijgen. Inmiddels staan een vijftal publicaties in gezaghebbende wetenschappelijke tijdschriften op haar naam.
Laudatio (Dr. van Weert)
Waar gaat het om?
Zoals Annemiek Linn vooraf gaande aan de verdediging van haar proefschrift aan het massaal opgekomen publiek uitlegt, is het zaak om gelijktijdig bij een interventie (hetgeen starten met medicatie is) belemmeringen uit de weg te ruimen. Die belemmeringen kunnen zeer divers zijn en ook wisselen per persoon. Bijvoorbeeld zorgen over bijwerkingen. Dat vereist dus maatwerk (tailoring) en om dat te illustreren is de omslag van het proefschrift voorzien van een pentekening die verwijst naar het werk van een coupeuse (paspop en meetlint). Het onderzoek in de kliniek betrof met name patiënten die behandeld moesten gaan worden met immuunsuppressiva vanwege IBD (inflammatoire chronische darmziekten). Verpleegkundigen kregen daartoe een communicatietraining, maar ook was er een website,werd gebruik gemaakt van vragenlijsten en -belangrijk- werd gebruik gemaakt van tekst SMS. Kortom, een multimediale aanpak.
Multimediaal
Oorzaak of gevolg
Naast enigszins te verwachten uitkomsten (patiënten tevreden over meer aandacht), zijn er ook onverwachte bevindingen. Meer betrokkenheid leidt ook tot meer bezorgdheid bij de patiënt. Een terechte vraag van professor Beentjes is vervolgens of hier oorzaak en gevolg mogelijk zijn omgedraaid? In de verdediging erkent Annemiek Linn dat een correlatie niet hetzelfde is als causaliteit. Kortom, er is nog onderzoek te doen en dat zal zij dan ook ter hand nemen.
Verdediging
Leiderschap
Hoe nu verder? Even wordt in het betoog het werk van Marcia Vervloet (NIVEL) aangehaald. Zij promoveerde zeer onlangs op een studie over ondersteuning (met slimme pillendoos) bij patiënten met diabetes type 2. Naar mijn smaak zou het een stap vooruit betekenen indien de twee kersverse doctors samen een vervolgstudie opzetten. Dat kan zijn bij diabetes type 2 of bij IBD (of allebei!). Maar ook bij epilepsie (zie mijn website). Daarbij kan textmessaging (immediate en/of delayed) in combinatie met pillendoos ondersteuning mogelijk de gewenste synergie (1+1 = 3) teweegbrengen. Indien dan ook nadrukkelijk gewerkt wordt aan meer participatie van behandelaars (zeg maar eHealth) , kan vast de ‘winst’ worden verzilverd. Er is dan een businesscase. Zorgverzekeraars zien graag een toename van adherentie van ruim 20%, die zich vertaalt in een toegenomen gezondheidswinst. Daarnaast is ook substitutie belangrijk. Bijvoorbeeld een controle afspraak die kan komen te vervallen of een spoedopname die kan worden vermeden. Door in te zetten op grootschaligheid, kunnen de kosten van de interventie verder worden teruggebracht. Nadrukkelijk stel ik dat daartoe in Nederland meer risico en leiderschap genomen dient te worden. Nederland bevindt zich op dit terrein in de kopgroep. Er zijn kansen en uitdagingen voldoende. Deze passen geheel in het beoogde innovatie klimaat. Reacties worden bijzonder op prijs gesteld!!
Heeft u uw medicijnen al ingenomen? De effectiviteit van elektronische herinneringen. Het slimme pillendoosje (Evalan) in de diabetes praktijk. Eerst een ‘lekenpraatje‘ en daarna het echte werk…Een van de commissieleden merkt op dat het onderwerp al de ochtendkrant METRO heeft gehaald. Terecht, want therapietrouw (adherence) van medicatie is reuze belangrijk. Dank zij ondersteuning kan de therapietrouw bij de selectie van patiënten met diabetes grofweg worden opgevoerd van 60 naar 80%. Belangrijker misschien nog is dat dit effect al na een half jaar ondersteuning met de slimme pillendoosje (Evalan) beklijft. Na twee jaar is het effect er nog steeds. In veel gevallen is ook nog de discipline verbeterd (te meten aan innamepatroon). Is het allemaal zo mooi? Nee dat ook weer niet.
Lekenpraatje
Kliniek?
Terecht wijst professor Nijpels naar de schamele inclusie vanuit de 40 apotheken die patiënten hebben aangemeld voor het onderzoek. Hij maakte een snelle rekensom Maar ook betreurt hij het ontbreken van data over eventuele klinische effecten. De promovenda kan die kritiek goed pareren. Er zijn de nodige inclusiecriteria gehanteerd, apotheken hebben het druk, interesse wisselend, patiënten vaak slecht of niet te bereiken binnen de inclusie periode. Het achterhalen van biologische data paste niet in de onderzoeksopzet. Overigens is wel degelijk is wetenschappelijk aannemelijk gemaakt dat opvoeren van de therapietrouw leidt tot verbetering van parameters, die zich vertalen in gezondheidswinst en economische winst, aldus de promovenda.
Liset van Dijk (NIVEL) kijkt tevreden naar haar pupil
Open vraag
Een open vraag blijft waarom de belangrijke sponsor Zilveren Kruis Achmea nu niet een stap verder gaat. Waarom kan de voorziening niet op recept (‘te gebruiken gedurende een half jaar’) worden voorgeschreven door behandelteam?? Een gespreksonderwerp tijdens de wandeling over de Tilburgse campus naar de receptie.
1 mei 2013 om 21:25 uur door Jan Taco te Gussinklo
1 mei 2013
Griep voorbij!
De griep is eindelijk Nederland uit. Dat blijkt uit de meest recente gegevens voor Nederland van de Grote Griepmeting De afgelopen twee weken is het aantal griepgevallen aanzienlijk gedaald. Na een 18 weken durende griepperiode is er geen sprake meer van een epidemie. In België was de epidemie al eerder ten einde.
1 mei 2013
Door vrijwilligers van de Grote Griepmeting gerapporteerde griepachtige ziektebeelden (ILI) Bij de Grote Griepmeting ligt de epidemische grens op 382 ziektegevallen per 100.000 deelnemers..
Zomergriep
“Het betekent niet dat zich helemaal geen griepachtige ziektebeelden meer kunnen voordoen,” zegt Carl Koppeschaar, initiatiefnemer van de Grote Griepmeting. “Ook in de zomer is er influenza. Maar in de warmere periode van het jaar heeft het virus minder vat en verloopt een eventuele besmetting vaak met minder ernstige symptomen. Ook kan het virus veel minder gemakkelijk worden verspreid.”
Wereldwijde infectieziektebestrijding
Van maandag 15 tot en met woensdag 17 april 2013 waren zeventig artsen, dierenartsen, virologen, epidemiologen en andere deskundigen in Amsterdam bijeen voor een ingrijpende vernieuwing op het gebied van de infectieziektebestrijding. Tijdens de tweede International Workshop on Participatory Surveillance (IWOPS II) ging het om het in kaart brengen van infectieziekten bij zowel mens als dier. De bedoeling is om te komen tot een wereldwijde ‘ziekteradar’. Daarbij wordt iedereen uitgenodigd zélf gegevens door te geven over de eigen gezondheid en die van een eventuele veestapel of het pluimvee. Zo’n ziekteradar zal in Nederland en België voor het eerst worden ontwikkeld en dienen als pilot voor andere landen.
Convenant
Van werelddeel tot werelddeel
Ondertekening van de overeenkomst tussen het Australische Flu Tracking, het Europese Influenzanet en het Amerikaanse Flu Near You onder het toeziend oog van een aantal deelnemers aan de internationale workshop. Ook werd een formele overeenkomst gesloten tussen het Europese Influenzanet, waarvan ook de Grote Griepmeting onderdeel uitmaakt), Flu Near You (in de Verenigde Staten en Flu Tracking in Australië. In al deze gebieden brengen vrijwilligers via internet of mobiele telefoon griep en verkoudheid in kaart. De geanonimiseerde gegevens zullen via een gezamenlijk platform op een wereldkaart worden gezet, zodat epidemiologen de verspreiding van griep ook van werelddeel tot werelddeel kunnen volgen. Het is de bedoeling dat steeds meer landen gaan meedoen. Zo had Canada reeds interesse getoond om samen te werken met het Amerikaanse Flu Near You. Hetzelfde systeem van zelfrapportage door vrijwilligers wordt nu ook in Brazilië, Midden-Amerika en Zuidoost-Azië gebruikt voor het signaleren van uitbraken van knokkelkoorts (dengue). Tijdens de IWOPS II bijeenkomst zijn alle symptomen van de meest voorkomende infectieziekten op een rij gezet en is geconcludeerd dat in tropische gebieden niet alleen influenza, maar ook dengue en leptospirose effectief in kaart kan worden gebracht. Zo bouwen we een wereldwijd netwerk op dat zal worden gebruikt om vroege signalen op te vangen van alle gevaarlijke infectieziekten.
IWOPS II
IWOPS II, de tweede International Workshop on Participatory Surveillance, werd georganiseerd door Skoll Global Threats Fund, Connecting Organizations for Regional Disease Surveillance (CORDS), en Science in Action BV, online platform voor publieksonderzoek. De Grote Griepmeting is één van de onderzoeksprojecten van Science in Action BV (www.science-in-action.nl), online platform voor publieksonderzoek. Doe ook mee aan de Grote Longontstekingmeting (www.degrotelongontstekingmeting.nl)!
6 december 2011 om 20:55 uur door Jan Taco te Gussinklo
Een wervende pitch
Aanleiding een congres op 17 november 2011 te Utrecht rond de lancering van de Therapietrouwmonitor.
Liset van Dijk ,PhD. Programme coordinator Pharmaceutical care, NIVEL, Postbus 1568 , 3500 BN Utrecht
Therapietrouwmonitor.nl
De website www.therapietrouwmonitor.nl is online gegaan. De TherapietrouwMonitor bevat cijfers over chronisch medicijngebruik.
Deze website is in opdracht van de Landelijke taakgroep Goed Medicijngebruik door het NIVEL samen gesteld en gefinancierd door het ministerie van VWS. Voorzitter van de taakgroep is Bas Leerink, lid raad van bestuur Menzis. Therapietrouw geeft aan in hoeverre de patiënt voorgeschreven geneesmiddelen ook daadwerkelijk gebruikt. Voor een optimale therapie zou de therapietrouw 100 honderd procent moeten zijn, dit komt echter zelden voor. Er zijn verschillende factoren die de therapietrouw beïnvloeden,
op de website worden er een aantal genoemd: zo blijken leeftijd en indicatie van invloed, maar er zijn ook regionale verschillen.
Meten niet eenvoudig
De TherapietrouwMonitor bevat cijfers over chronisch medicijngebruik. Het meten van therapietrouw is niet eenvoudig, omdat je eigenlijk
het precieze gedrag van de patiënt wil meten. Voor de monitor is gebruik gemaakt van zorgregistratie bij Vektis en de SFK, hierdoor is een landelijk beeld gekregen van de therapietrouwcijfers.
Zorg rond geneesmiddelen
Op de site is verder informatie opgenomen over de zorg rond het gebruik van geneesmiddelen. Zo is er informatie te vinden over het bevorderen van de overeenstemming tussen patiënt en zorgverlener, de ondersteuning en begeleiding van patiënten bij geneesmiddelgebruik en de onderlinge samenwerking tussen zorgverleners.
Meer weten over hoe therapietrouw Nederland is? Kijk op www.therapietrouwmonitor.nl. (Tekst: Anneloes Sonneveldt, beleidsadviseur Zorg ZN)
Twee afzonderlijke stellingnames die nu de media halen.
Ik zie daarin beslist een onderlinge samenhang
Huisarts_Prikker_Zutfen_1978
Storytelling
Dezer dagen word ik geconfronteerd met een fraaie illustratie hoe het soms werkt: een vrouw heeft klachten van tintelingen in de extremiteiten en vermoeidheid. Zij raadpleegt de huisarts die uitgebreid laboratoriumonderzoek instelt. Op grond van een enkele afwijkende waarde wordt langdurig wekelijks een injectie toegediend. Een vervolgafspraak wordt niet gemaakt. Inmiddels zijn de klachten ook praktisch verdwenen en de vrouw heeft haar werkzaamheden hervat. Omdat er kennelijk geen uitleg heeft plaatsgevonden en evenmin een controle afspraak is voorgesteld, ontstaat onzekerheid. Patiente wil desnoods levenslang deze injecties doorzetten! Het laboratorium onderzoek is wel herhaald en normaal bevonden. Althans, wat is normaal? De zoekactie op een Google levert nog meer verwarring op. Voor zover ik het kan nagaan is nog steeds geen definitieve diagnose gesteld en de onzekerheid blijft groot.
Conclusie
Zondermeer een conclusie trekken is lastig en misschien wordt onrecht aangedaan aan betrokkenen. Maar het samenspel is niet optimaal durf ik te veronderstellen.
1 februari 2011 om 11:04 uur door Jan Taco te Gussinklo
Liset van Dijk is werkzaam bij het NIVEL (Nederlands Instituut voor onderzoek van de Gezondheidszorg).Zij is programmaleider Farmaceutische Zorg.
Zij publiceert veel.
Ook over eHealth, waartoe RTMM (Real-Time Monitoring) gerekend mag worden
Volgens Liset van Dijk moet er flink worden geinvesteerd in eHealth
De noodzaak van eHealth staat voor haar niet ter discussie,
Bij het onderzoek naar goed geneesmiddelengebruik door patiënten onderzoekt het NIVEL onder andere of ICT-oplossingen patiënten kunnen helpen hun geneesmiddelen beter te gebruiken. Een voorbeeld hiervan is een onderzoek naar de invloed van een real-time monitoring systeem (RTMM) op het geneesmiddelengebruik van diabetespatiënten (zie ook therapietrouw). Een aantal andere projecten waarin ICT ingezet wordt om medicatiegebruik te verbeteren staan voor de komende jaren op het programma, onder andere in samenwerking met de UvA en de VU (Bron: website NIVEL)